Op 13 mei 2015 werd in het Belgisch Staatsblad de wet van 28 april 2015 houdende bepalingen betreffende de pensioenen van de publieke sector gepubliceerd. Deze wet wijzigt de regels in verband met de diplomabonificatie, de pensioenbonus en de cumulatie van overheidspensioenen met een beroepsinkomen. Hierna komt tevens kort een cassatiearrest van 9 maart 2015 aan bod dat handelt over de bijzondere bijdrage van 8,86 % op aanvullende pensioenen.
Diplomabonificatie
De diplomabonificatie houdt in dat voor statutaire personeelsleden bepaalde studiejaren in aanmerking genomen worden voor de berekening van de loopbaanduur die vereist is om op pensioen te kunnen gaan, alsook voor de berekening van het bedrag van het pensioen. De wet van 28 april 2015 bepaalt dat de diplomabonificatie voorniet langer in aanmerking wordt genomen om het recht op pensioen te bepalen. De opheffing zal volledig gerealiseerd zijn voor pensioenen die ingaan vanaf 1 januari 2030. Een overgangsregeling geldt voor de pensioenen die ingaan tussen 1 januari 2016 en 31 december 2029. De wijzigingen hebben enkel betrekking op de berekening van de loopbaanduur voor de opening van het recht op een pensioen. Aan de berekening van het pensioenbedrag wordt niets gewijzigd.
Pensioenbonus
Net zoals dit al het geval is in de regeling van de werknemers en de zelfstandigen, wordt de pensioenbonus voor de statutaire personeelsleden afgeschaft en dit met ingang van 1 januari 2015. De oude regeling blijft enkel nog van toepassing voor statutaire personeelsleden die vóór 1 december 2014, (a) ofwel aan de voorwaarden voldoen om aanspraak te kunnen maken op het vervroegd rustpensioen (met ingang in deze hypothese uiterlijk op 1 december 2014), (b) ofwel de leeftijd van 65 jaar bereiken en een loopbaan van ten minste 40 aanneembare dienstjaren bewijzen (zie Eubelius Spotlights maart 2015 voor meer details).
Cumulatie van pensioenen van de overheidssector met een beroepsinkomen
Ook inzake cumulatie van pensioenen met een beroepsinkomen, wordt de regeling in de overheidssector gewijzigd zoals dat al eerder gebeurde voor de werknemers en de zelfstandigen. Een persoon die een rustpensioen geniet op basis van een tewerkstelling als statutair, kan voortaan dit rustpensioen onbeperkt cumuleren met beroepsinkomsten vanaf 1 januari van het kalenderjaar waarin hij de leeftijd van 65 jaar bereikt heeft. Onbeperkt cumuleren is tevens mogelijk indien op het ogenblik dat het eerste rustpensioen ingaat ten minste 45 loopbaanjaren bewezen worden.
Bijzondere bijdrage van 8,86 % op aanvullende pensioenen
In een arrest van 9 maart 2015 moest het Hof van Cassatie zich uitspreken over de vraag of op de stortingen verricht door een autonoom overheidsbedrijf met betrekking tot een aanvullend pensioen voor statutaire personeelsleden de bijzondere werkgeversbijdrage van 8,86 % betaald moest worden. Het hof heeft deze vraag bevestigend beantwoord. De bijzondere bijdrage van 8,86 % moet worden berekend op alle stortingen die door een werkgever worden verricht om aan zijn contractueel of statutair tewerkgestelde personeelsleden of hun rechtverkrijgenden buitenwettelijke voordelen inzake ouderdom of vroegtijdige dood te verlenen.